Ben je gezellig een avondje met je vrienden en heb je zin om een leuk drankspel te spelen maar je hebt alleen maar speelkaarten? Dan is bussen het perfecte drankspel om jouw avond gezellig mee te maken.
Bussen is een simpel maar leuk drankspel. Om een potje te gaan bussen heb je namelijk alleen een pakje speelkaarten nodig en een paar gezellige vrienden natuurlijk. Bussen is een spel op puur geluk en de vragen beantwoord je dus door middel van gokken.
Inhoudsopgave
Regels bussen
Stap 1 bussen: kies een leider
Voor het spel begint kies je één iemand uit, degene die is uitgekozen is de leider van het spel. Bussen begint altijd met vier vragenrondes, de leider stelt deze vragen. Als je de vraag fout hebt neem je een slok van je drankje.
De leider heeft het pakje speelkaarten op de kop vast.
Stap 2 bussen: vragenronde
In de vragenronde worden er vier vragen gesteld. De eerste van de vier vragen gaat over de kleur van de kaart die bovenop ligt, hier kies je dus uit rood of zwart. Iedereen die meespeelt moet deze vraag om de beurt beantwoorden. De volgorde is gelijk aan de klokgang. Dit betekent dat degene links van je jou altijd moet opvolgen.
Als het goed is hebben alle spelers nu één kaart. De tweede vraag is of de kaart die je nu krijgt hoger of lager is dan de kaart die je net hebt gekregen. Heb je bijvoorbeeld een 2, dan is het natuurlijk slim om te gokken op een hogere kaart. Bij een aas geldt het tegenovergestelde.
Na de tweede ronde hebben alle spelers twee kaarten in de hand. De derde vraag is of het getal van de volgende kaart binnen of buiten de twee kaarten valt die je al hebt. Heb je nu een 6 en een 8 in de hand? Dan is de kans natuurlijk groter dat je volgende kaart erbuiten ligt.
In de laatste vragenronde hebben alle spelers drie kaarten in de hand. Bij vraag vier ga je proberen te raden welk figuurtje de volgende kaart heeft. Er zijn vier figuren: harten, ruiten, schoppen en klavers. Je moet nu raden of je het figuurtje al hebt of nog niet. Stel dat je drie harten kaarten in de hand hebt, dan is de kans groot dat je een ander figuurtje krijgt.
Als je drie verschillende figuren, bijvoorbeeld een harten, ruiten en schoppen, in de hand hebt geldt er een unieke regel. Je kunt hier kiezen voor de zogenoemde ‘regenboog’. Dit betekent dat je gokt op het vierde unieke figuurtje. Als je nu een klaver krijgt bij het genoemde voorbeeld heb jij een succesvolle regenboog. Nu moeten de andere spelers allemaal een slok van hun drankje nemen.
Als het goed is heeft iedereen nu vier kaarten.
Stap 3 bussen: piramide
In het derde deel van bussen wordt er een piramide neergelegd, sommige mensen noemen dit ook wel een kerstboom. Alle kaarten worden op de kop neergelegd, ze zijn dus niet zichtbaar voor alle spelers. Je begint onderaan met een rij van vijf kaarten, daarna een rij van vier kaarten, vervolgens een rij van drie kaarten, daarna een rij van twee kaarten en je sluit af met een kaart helemaal bovenaan. Een piramide van kaarten dus.
Als de piramide is neergelegd begin je met spelen bij de onderste rij en draai je de kaarten van de onderste rij één voor één om. Grote drinkers beginnen bij de onderkant, ook wel bij de rij waar één kaart ligt. Het is ook mogelijk om te beginnen bij de rij met vijf kaarten. Dit is helemaal aan jou. Waarom dit duidelijk verschillende manieren zijn lees je hieronder.
Als de kaart die wordt omgedraaid hetzelfde getal heeft als een kaart in jouw hand, dan mag je deze kaart erop leggen. Dit betekent ook meteen dat je één of meerdere slokken mag uitdelen aan je medespelers.
Bij onderste rij mag je dan één slok uitdelen aan een andere speler, bij de rij daarboven mag je twee slokken uitdelen. Zoals je begrijpt mag je bij de rij van drie kaarten drie slokken uitdelen. Bij de volgende rij mag je vier slokken uitdelen en bij de bovenste/laatste rij mag je vijf slokken uitdelen aan een andere speler.
Degene die na de piramide de meeste kaarten over heeft moet in de bus!
Stap 4 bussen: in de bus
De persoon die in de bus moet trekt willekeurig een kaart uit het pakje. Alle speelkaarten moeten dus verzameld en geschud zijn. Het getal dat op de kaart staat is het aantal kaarten dat de bus lang wordt. Een boer staat gelijk aan elf kaarten, een vrouw aan twaalf kaarten, een heer/koning dertien kaarten en de aas staat gelijk aan veertien kaarten.
De bus kan dicht en open worden gespeeld. Dat betekent dat je de rij kaarten wel of niet kunt inzien. Grote drinkers spelen vaak met een dichte bus omdat het dan moeilijker is om een kaart te raden.
Nu moet degene in de bus bij elke kaart raden of deze hoger of lager is. Bij een open bus en een lage kaart is het dus slim om op een hogere kaart te gokken. Bij een dichte bus is het puur gokken.
Bij elke keer dat je het fout hebt geraden moet je opnieuw beginnen, ook al ben je ver gekomen. Wanneer je er een aantal goed hebt maar je ergens de mist in gaat tel je tot waar je bent gekomen en dat is de hoeveelheid aantal slokken die je moet nemen. Heb je de vierde kaart in de rij fout? Dan moet je dus vier slokken nemen.
Als alle kaarten zijn geraden of het pakje kaarten op is dan ben je uit de bus en is het spel afgelopen. Grote drinkers schudden het pakje kaarten opnieuw en gaan door tot de bus is uitgespeeld.
Heb jij geen zin meer in een potje Bussen. Bekijk dan ook onze andere drankspellen zoals Kingsen en Mexen.
